Van bruin bolletje tot blauwe verrassing: dit is de Boleet.
Als je aan een klassieke paddenstoel denkt, denk je misschien aan rood met stippen. Maar wie al wat langer in het bos rondscharrelt, weet: de échte schatten zijn vaak de stevige, dikke jongens met een sponsachtige onderkant. Maak kennis met de Boleten – een diverse, soms kleurrijke, vaak eetbare en altijd intrigerende groep zwammen.
Wat is de Boleet?
Ze zien eruit als de bodybuilders onder de paddenstoelen: dikke steel, stevige hoed, en géén plaatjes aan de onderkant, maar een zachte laag met buisjes. Het zijn namelijk basidiomyceten: ze vormen hun sporen op buisjes in plaats van plaatjes. Druk je erop, dan zie je vaak blauwe verkleuring – alsof het bos zelf een trucje laat zien.
Sponsachtige onderkant: de onderzijde van de hoed bestaat uit een buizenvlies, wat ze onderscheidt van plaatjeszwammen
Kleurenspectrum: van beige tot felgeel, rood, olijfgroen en blauw
Groot en stevig: boleten kunnen flink uitgroeien – sommige hoeden halen makkelijk 20 cm
Waar en wanneer vind je de Boleet?
Boleten zijn mycorrhizaal: ze leven in symbiose met bomen, en zijn dus locatiegebonden. Je komt ze meestal tegen in loof- en naaldbossen, in de buurt van beuk, eik, den of spar
Meestal te vinden van juli tot november
Vooral na warme regenbuien, vaak langs paden, open plekken of in mos
5 feitjes over de Boleet:
De naam ‘boleet’ komt van het Latijnse boletus, wat weer is afgeleid van het Griekse bolitos, wat "kluit" of "klont" betekent, verwijzend naar de vorm van de paddenstoel.
Sommige soorten verkleuren felblauw als je ze doorsnijdt – dat is een chemische reactie, géén teken van giftigheid (maar ook geen garantie van eetbaarheid)
Ze zijn vaak aangevreten door slakken en kevers – een goed exemplaar vinden is een kunst op zich
Ze zijn super dankbaar voor macrofotografie: hun sponsstructuur is prachtig van dichtbij
De meest geliefde soort, eekhoorntjesbrood (Boletus edulis), staat wereldwijd bekend als een culinaire topzwam (ook wel ‘porcini’ genoemd)